Het woord voeren over landbouw mag niet als je een boerenbedrijf hebt, maar wel als je een fabriek voor vlees- of zuivelvervangers hebt. De politiek meet met twee maten.
Belangenverstrengeling ligt zeer gevoelig in de politiek. Dat hierbij met twee maten wordt gemeten, werd deze week maar weer eens duidelijk, in een interview bij Nieuwsuur. Dat een senator van een partij die pleit voor fiscale stimuleringsmaatregelen voor plantaardige vervangers van dierlijke eiwitten ook mede-oprichter en eigenaar is van een fabriek voor plantaardige zuivelvervangers, is volgens fractievoorzitter Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren geen probleem.
“Dat ons Eerste Kamerlid ook betrokken is bij de ontwikkeling van vlees- en zuivelvervangers, is volstrekt transparant en daar kunnen kiezers hun eigen oordeel over vellen”, zegt Ouwehand in Nieuwsuur. “Ik denk dat we er open en transparant over zijn en dat er geen misverstand is over onze missie gedreven vanuit de idealen die we hebben voor dier, natuur en milieu.” Ouwehand benadrukt dat de Partij voor de Dieren staat voor idealen. “Onze drijfveer is niet om wat voor bedrijf dan ook groot te maken, maar om over te schakelen naar een veel meer plantaardige samenleving.”
Niko Koffeman
Bedenker van de Partij voor de Dieren en Eerste Kamerlid Niko Koffeman richtte in 2010 samen met Jaap Korteweg, akkerbouwer en inmiddels ex-man van Marianne Thieme, de Vegetarische Slager op. Dat bedrijf werd later voor € 30 miljoen verkocht aan Unilever. Inmiddels is Koffeman mede-oprichter van Those Vegan Cowboys, een producent van plantaardige zuivelvervangers. Dat bedrijf past ook precies in het straatje van de partij die met fiscale maatregelen de consumptie van vleesvervangers wil stimuleren en de consumptie van dierlijke producten wil demotiveren.
Nevenfuncties Kamerleden
De regels voor nevenfuncties verschillen tussen Tweede en Eerste Kamerleden. Senatoren vergaderen maar één dag in de week, waardoor het lidmaatschap van de Eerste Kamer soms zelfs als nevenfunctie wordt gezien naast een ander beroep. Eerste Kamerleden worden geacht mogelijke belangen bij een onderwerp waarover zij in de Kamer spreken, uitdrukkelijk te melden.
Tweede Kamerleden zijn fulltime politici, waardoor de mogelijkheden voor een nevenfunctie kleiner zijn. Ook lijken nevenfuncties een stuk gevoeliger te liggen. Zo kwam toenmalig VVD-Kamerlid Gert Jan Oplaat destijds in opspraak omdat hij als Kamerlid pleitte voor steun aan pluimveeverbrandingscentrale Fibroned, terwijl hij daar familiaire banden mee heeft. Dat ook in de gezinnen van andere landbouwwoordvoerders zoals Helma Lodders, Janneke Snijder en Harm-Evert Waalkens landbouwsubsidies worden ontvangen, is ook niet onbenoemd gebleven.
Vermeende belangenverstrengeling
Melkveehouder Maurits von Martels mocht namens het CDA geen landbouwwoordvoerder worden vanwege vermeende belangenverstrengeling. Kandidaat-Kamerleden Jan Cees Vogelaar (JA21) en Caroline van der Plas (BBB) legden hun andere functies, zelfs voordat ze gekozen zijn, al neer om de schijn van belangenverstrengeling voor te zijn. Hoewel toenmalig landbouwminister Cees Veerman zijn Franse akkerbouwbedrijven voor zijn aantreden overdroeg aan zijn zoons, eiste GroenLinks toch een spoeddebat toen bleek dat hij toch nog subsidies ontving. Er wordt gemeten met twee maten. Iedere partij heeft zijn eigen moraal. En als het gaat om het nastreven van idealen, mag er blijkbaar meer.
Reactie van Niko Koffeman, fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de Eerste Kamer en minderheidsaandeelhouder van Those Vegan Cowboys in Gent
”Ik ken Mariska Vermaas als een gedegen journalist, maar in dit artikel vergaloppeert ze zich. Ze lijkt zich volledig te baseren op informatie uit het ‘We-gaan-het-niet-over-uw-verkiezingsprogramma-hebben-maar-over-het-geloof-van-uw-voorgangster-en-de-boekhouding-van-uw-collega-fractievoorzitter-in-de-EK-interview’ met Esther Ouwehand in Nieuwsuur, dat van de kant van de vragenstellers vol fouten zat en wederhoor niet nodig achtte.
Had Vermaas die wederhoor alsnog toegepast, dan had ze geweten dat de vraag in de Eerste Kamer over de uitsluiting van een initiatief voor sojamelk van Pop-3-subsidies in Overijssel, niet ging over het bevoordelen van plantaardige melkvervangers, maar over het niet discrimineren daarvan via reglementaire uitsluiting ten opzichte van de onmetelijk veel omvangrijker subsidies voor de reguliere melkveehouderij. Dat ik me naast mijn werk in de Eerste Kamer bezighoudt met de ontwikkeling van kaas met behulp van precisie fermentatie is geen geheim, zoals ook mag blijken uit het register van de Eerste Kamer.
Overigens houden Those Vegan Cowboys zich in het geheel niet met sojamelk bezig en is het bedrijf gevestigd in het Belgische Gent, ver van de regelgeving en invloed van de Eerste Kamer in Den Haag.
Als er al sprake is van een dubbele moraal moet die gezocht worden bij berichtgeving van journalisten die kort voor de verkiezingen suggestieve verbanden leggen die er niet zijn.”
Comments