top of page

Nederlandse landbouw wordt opgeofferd aan groene dromen

Globalistisch samenspel van VN, EU en WEF Nederland beschikt over veel vruchtbare grond en kan dus veel voedsel produceren. Toch wordt de landbouw binnen een paar jaar de nek omgedraaid, omdat alles ‘groener’ en ‘biologisch’ moet van de elites van EU, VN en WEF. Zij hebben een wereld voor ogen, waarin boeren natuurbeschermers zijn en iedereen vegetariër is. Maar wie zorgt er dan voor voedselzekerheid? We willen dit helemaal niet en hebben we daar ook nooit voor gekozen, schrijft Yorien vdH.


Het lijkt erop dat de Nederlandse landbouw, een uiterst moderne en succesvolle bedrijfstak in ons land, binnen een paar jaar de nek wordt omgedraaid. Met een papieren stikstofprobleem als stok om te slaan, emoties over vermeend dierenleed en een klimaatalarmistische groen- en anti-vleeslobby wordt de agrarische sector van het land verdreven. De EU wil van boeren liever natuurbeschermers maken. NRC Handelsblad omschrijft het Europese landbouwbeleid als “van groot, groter, grootst’ naar ‘geld voor groen’”.



Als we de traditionele boeren op die manier laten verdwijnen maken we dezelfde fout als Mao Tse Tung, toen hij de boeren dwong voortaan alleen nog staal te smeden op hun akkers. Een groot deel van de Chinese bevolking kwam toen om van de honger. Moeten we onze boeren nu omscholen tot natuurbeschermers? Moeten ze hun ploegen omsmeden tot verrekijkers, hun akkers tot bloemenweiden en hun boerderijen tot insectenhotels? Maar wie zorgt er dan voor voedselzekerheid?

Tweede exportland

Landbouw is onze primaire sector. Zonder voedsel sterft het land. Veel landbouwproducten zijn voor eigen consumptie. Of voor onze voedselindustrie, die sinds de problemen met de supply chain in de coronacrisis het liefst zo dicht mogelijk bij de bron haar grondstoffen inkoopt. Maar Nederlandse landbouwproducten zijn er ook voor de export. Nederland exporteerde in 2019 voor €94,5 miljard aan landbouwgoederen, voor bijna twee derde producten van eigen bodem, de rest is doorvoer. Nederland is na de VS het tweede exportland op het gebied van land- en tuinbouwproducten ter wereld. Landbouw is dus ook een belangrijk verdienmodel van Nederland. Als je dat vernielt, heeft hier uiteindelijk óók niemand meer te eten.


Nederland is een vruchtbare rivierendelta en heeft in de loop van de tijd ook nog een aantal zeer vruchtbare polders aangelegd. In Nederland is maar liefst 54% van de grond (2,2 miljoen hectare) geschikt voor landbouw. We hebben bovendien een mild klimaat dat het zelfs met klimaatverandering nog gaat redden, we beschikken over veel schoon zoetwater en hebben een uitstekende infrastructuur. Veel landen hebben veel slechtere omstandigheden dan wij. Maar liefst 80% van de wereldbevolking is afhankelijk van voedselimport. Dat we onze landbouwproducten exporteren is dus helemaal niet raar. De meeste export gaat naar de ons omringende landen en daarmee zijn we dus een belangrijke Europese voedselleverancier. Iets om trots op te zijn!

Vernietiging vruchtbare grond

Maar wat doet onze Nederlandse overheid? Ze offert steeds meer van ons vruchtbare land op aan zonneparken, windmolenparken, energieverslindende datacentra, zwarte dozen van distributiecentra, veel woningen met allerhande bijbehorende voorzieningen, pleinen, steen en asfalt. Ze laat het toch al stevige inwonertal van ons kleine land ook nog eens ongelimiteerd doorgroeien door immigratie, de laatste jaren zelfs met zo’n 100.000 inwoners per jaar. Nog meer mondjes om te voeden dus.

Maar ook meer steen, meer asfalt, meer windmolens, meer zonnepanelen, meer vernietiging van onze vruchtbare landbouwgrond. En nu moet de natuur er óók nog een tandje bij? Nu moet de nog overgebleven vruchtbare rijke akkergrond ook nog eens veranderen in arme grond, omdat we zo nodig biodiversiteit willen op elke vierkante centimeter? Leg dat eens uit aan de landen zonder vruchtbare landbouwgrond?

Verdubbeling biologische landbouw

“Farming looks easy when your plough is a pencil and you are a thousand miles from a corn field,” zei Dwight D. Eisenhower, voormalig president van de VS. Brussel wil dat het aandeel biologische landbouw in Europa over acht jaar is gegroeid van minder dan 10% nu, naar 25% in 2030. Meer dan verdubbelen dus. Kan dat zomaar? In Sri Lanka probeerden ze het. Daar maakte men het trouwens nóg bonter. Begin 2021 werd van de ene op de andere dag besloten dat het maar gewoon 100% biologische landbouw moest worden.

Dat betekende onder andere een verbod op invoer van kunstmest en geen bestrijdingsmiddelen meer. Er ontstond paniek, de oogsten halveerden, er kwamen voedseltekorten, mensen gingen hamsteren. In november jongstleden werd dit onbezonnen besluit daarom halsoverkop teruggedraaid. Na afloop werd in de Sri Lankaanse pers aan Nederlandse landbouwexperts om commentaar gevraagd. Voor echte landbouwkennis moet je immers in Nederland zijn.

Elitaire dromers

Maar Mister Green Deal en mevrouw Ursula von der Leyen zijn niet van plan naar Nederlandse boeren en landbouwexperts te luisteren. In Brussel zit een stel elitaire dromers die liever alles over één kam scheren. Die denken dat ook Nederland wel zonder traditionele boeren kan. Die vinden dat we maar allemaal vegetariër moeten worden en braaf ons eiwit uit erwtenkoekjes of krekelsoep moeten halen, of industrieel plantaardig alt-meat uit de 3D-printer moeten laten rollen.

Het probleem is: we willen dat helemaal niet! We hebben daar helemaal niet voor gekozen. En zullen daar afgezien van een kleine elite in de grachtengordel in Nederland ook niet voor kiezen. Er is geen enkel democratisch proces geweest om dit te schragen. Het idee dat de Nederlandse bevolking dat zou willen, is door de mainstream media en het Jeugdjournaal uit de hoge hoed getoverd, met voorgekookte vegan-verhalen en nep-enquêtes over namaakvlees. Globalistische waanideeën op je bordje.


3 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page